Hij snijdt het vlees maar eet zelf alleen mar groente
Hij heeft genoeg van al het leed in zijn bedrijf
En als je vraagt wat het is dat hem hiertoe bracht
Haalt hij zijn schouders op en beide benen stijf

Hij vaart altijd maar hij kan vis echt niet luchten
Hij heeft genoeg van al dat glibberig gedoe
En als je vraagt wat het is dat hem hiertoe bracht
Haalt hij zij schouders op en houdt zijn mondje toe

Laat me toch zijn wie ik ben
Ik hoef niets te bewijzen
Als je denkt dat je me kent
Is dat alleen maar te prijzen

Elk vervoer is afhankelijk van wielen
Zelfs op eens chip is het roer uiteindelijk rond
En als je bedenkt wat je allemaal met stroom doet
Denk je al snel: dat is echt niet heel gezond

Op een gitaar horen snaren die gestemd zijn
Een viool is hetzelfde verhaal
Van water en zand maak je glas voor alle ramen
En voor je bril, een lezer en multifocaal

Wees toch gewoon wie je bent
Je hoeft niets te bewijzen
Ik denk niet dat ik je ken
En dat is alleen maar te prijzen

Als je bedenkt wat er was in het verleden
Alle dingen die met ons verkeerd zijn gegaan
Brengen we toch al die fouten naar het heden
Als dat zo is dan kan de toekomst niet bestaan

Denk toch eens aan wie je bent
Je kunt naar anderen wijzen
Maar als je jezelf niet kent
Dan val je nooit in de prijzen