Op het strand van Cadzand
Liep je daar bruin verbrand
In de zon
Wat was je mieters
Ik was meteen stapeldol
Mijn hoofd sloeg toen op hol
Als een ballon
Wat was je mieters
Toen je plots naar me keek
Bloosde ik ik werd heel bleek
Ik was van streek
Wat was je mieters
Ik vergeet nooit meer de dag
Dat ik jouw glimlach zag
Zo charmant op het strand van Cadzand

Ik kijk lustelood door de ruiten
Het regent pijpenstelen buiten
Geen mens is er te zien
Op de straat
Ik zie kan het nog triester
Slechts een eenzame fietser
Die haastig snel de hoek omslaat
Ik droom van deze zomer
Toen de zon zo heerlijk scheen
Toen jij zomaar plots
Op het strand verscheen

Op het strand van Cadzand
Liep je daar bruin verbrand
In de zon
Wat was je mieters
Ik was meteen stapeldol
Mijn hoofd sloeg toen op hol
Als een ballon
Wat was je mieters
Toen je plots naar me keek
Bloosde ik ik werd heel bleek
Ik was van streek
Wat was je mieters
Ik vergeet nooit meer de dag
Dat ik jouw glimlach zag
Zo charmant op het strand van Cadzand

Het groene schijnsel van de lampen
Heet ook met eenzaamheid te kampen
De druppels lijken tranen in de nacht
Natte troosteloze bomen
Staan van zonneschijn te dromen
Van de zon die stralend naar hen lacht
Ja dan verlang ik hevig
Naar dat heerlijke moment
Dat ik jou terug kan zien
Zoals ik je heb gekend

Op het strand van Cadzand
Liep je daar bruin verbrand
In de zon
Wat was je mieters
Ik was meteen stapeldol
Mijn hoofd sloeg toen op hol
Als een ballon
Wat was je mieters
Toen je plots naar me keek
Bloosde ik ik werd heel bleek
Ik was van streek
Wat was je mieters
Ik vergeet nooit meer de dag
Dat ik jouw glimlach zag
Zo charmant op het strand van Cadzand

Ik vergeet nooit meer de dag
Dat ik jouw glimlach zag
Zo charmant op het strand van Cadzand