Er drijft een roos in ’t Spaarne Haarlem
Een rode roos in ’t Spaarne Haarlem
Hij die zo sterk en broos
Zo kies zijn woorden koos
En nooit de kat de
Krullen van de trap of loos
Een hond de kont liet krabben
Nog staat er ‘s avonds laat
Voor wie over straat gaat
Een meid als Malle Babbe

Er drijft een roos in ’t Spaarne Haarlem
Een rode roos in ’t Spaarne Haarlem
Toon hem je dichtersziel
Toon je achilleshiel
Dan prikt en prikkelt hij
Subtiel voor wie daar knielt
Als zomer zonder zwaluw
Dan nijgt die rode roos
En zet kikkers en kroos

In zijn schaduw